Betaalwet PSD2: Innovatie afgedwongen door de overheid?

Leestijd: 3 minuten

Het is een vraag die een Turner-collega me recent toewierp toen ik hem inleidde in één van de ‘hot topics’ in de bankwereld. En terecht. Want hoe vaak is de overheid drijvende kracht achter innovatie? We kennen we de voorbeelden uit wetenschappelijk onderzoek (geneesmiddelen), defensie (internet) en ruimtevaart (hoogwaardige materialen), maar dat is de overheid die innovatie stimuleert. Men dwingt het niet af. En toch gebeurt het vaker dan we denken.

Zo werd in 2010 door de overheid een wet ingevoerd die gemeenten dwong alle bestaande vergunningprocessen integreerden. Waar consumenten en bedrijven voor 2010 een bouwvergunning aanvroegen bij de lokale bouwdienst, een veiligheidsvergunning bij de brandweer en een milieuvergunning bij de milieudienst, kon men vanaf toen één geïntegreerde omgevingsvergunning aanvragen. Een ‘regulatory change’ avant la lettre waarmee de rijksoverheid het lokale vergunningproces innoveerde, of in ieder geval een stuk makkelijker maakte.

Een nieuwe – door de overheid afgedwongen – innovatie in financiële diensten is echter aanstaande. De vraag van mijn collega kwam op na mijn uitleg over de nieuwe betaalwet, de PSD2. PSD2 staat voor herziene richtlijn betaaldiensten (Payment Services Directive). Deze Europese richtlijn, die nationale overheden moeten omzetten in nationale wetgeving, wijzigt een eerdere richtlijn uit 2007 en treedt waarschijnlijk in 2019 in werking. De details van PSD2 zal ik je besparen (een heldere, beknopte uitleg van PSD2 vind je op finno.nl). Het gaat me nu vooral om het ‘waarom’ van deze richtlijn en hoe het kan dat de overheid hiermee innovatie afdwingt. Laat ik dit illustreren met een voorbeeld.

Stel je voor, je wilt goed inzicht in je inkomsten en in je uitgaven. Wat doe je dan? Een laagdrempelige manier is de app van je bank op je mobiele telefoon bekijken. Veel banken hebben daarin een kasboekje geïntegreerd. De ene bank-app is daar beter in dan de ander, maar daarin kun je niet kiezen, want je bent gebonden aan de app van jouw bank. Daarnaast geven deze appjes vaak toch niet echt het gewenste inzicht. Dus toen mijn vrouw laatst vroeg hoe ze gemakkelijk inzicht kon krijgen in haar uitgavenpatroon en hierin kon budgetteren kwam ik niet veel verder dan ‘euhm… misschien je transacties downloaden en importeren in Excel’?

Volgens dit ‘Lifehack-artikel’ in de Volkskrant was mijn antwoord niet eens zo slecht, tenminste als je echt goed inzicht wil en controle wilt houden over je budgetten. Laat ik het even herhalen om het laten inwerken. In 2018 – in een tijd waarin je energierekening slim wordt uitgelezen, waarin Siri je proactief suggesties doen, waarin je tegen een luidspreker kan praten en deze al lerende je steeds betere antwoorden geeft – is een download maken voor Excel (een softwarepakket uit de vorige eeuw) en daarin met formules budgetten maken de beste manier om inzicht te krijgen in je inkomsten en uitgaven… Dat kan toch handiger, dan kan toch… automatisch?

Natuurlijk kan dat ook, technologisch gezien, maar in de praktijk kan dit niet. Om fraude te voorkomen hanteren banken in Nederland namelijk de zogenaamde uniforme veiligheidsvoorschriften. Deze voorwaarden, die samen met de Consumentenbond zijn opgesteld, voorkomen fraude bij internetbankieren doordat je inloggegevens niet aan derden mag geven. Dus niet aan een nieuwe, innovatieve marktpartij die op basis van je betaaldata je gemakkelijk inzicht kan geven in je uitgavenpatroon, of je proactief suggesties kan doen ten aanzien van je budget, of je kan adviseren welke abonnementen op te zeggen of suggesties kan doen voor goedkopere abonnementen, of een overzicht kan creëren voor je hypotheekadviseur, of… de mogelijkheden zijn eindeloos.

Het veilig toegang kunnen geven tot je betaaldata aan dit soort partijen is de kern van de nieuwe betaalwet PSD2. PSD2 reguleert nieuwe, innovatieve marktpartijen die je toegang wil geven (ze moeten een vergunning hebben van DNB en staan onder doorlopend toezicht) en dwingt af dat banken deze toegang ook daadwerkelijk verlenen. Deze toegang is juridisch en technisch nog wel een uitdaging. Banken zijn daarom momenteel erg druk met het voorbereiden van hun systemen. Omdat ze de concurrentie ook aan zien komen is iedere bank aan het kijken of ze zelf nieuwe, innovatieve diensten kunnen aanbieden op basis van het delen van data (het zogenaamde ‘open banking’). Op deze wijze dwingt de betaalwet PSD2 niet alleen innovatie af door het faciliteren van nieuwe, innovatieve marktpartijen, maar ook door het aanjagen van innovatie vanuit banken zelf.

Noot: Dit artikel werd eerder gepubliceerd op Turner.nl.

Photo credits: Turner

3 antwoorden
  1. janvanderkleij@gmail.com'
    Jan van der Kleij zegt:

    Kern is dat toegang tot betaalgegevens uitsluitend mogelijk is met instemming van de klant zelf.
    Alléén als de klant toestemming geeft, kan een bedrijf of instelling betaalrekeningen inzien en namens de klant een betaling initiëren of betaalgegevens inzien. Zonder die toestemming verandert er niets. Banken zullen hierover aan hun klanten uitleg moeten geven.

    Beantwoorden
  2. Thijs Venneman zegt:

    Helemaal correct Jan van der Kleij. De toegang tot betaalgegevens is geheel afhankelijk van de toestemming van de klant, of anders gezegd, de opdracht van een klant. De vrees dat betaalgegevens zonder je toestemming worden gedeeld is daarmee begrijpelijk maar niet terecht. Banken hebben hiervoor deels al hun algemene voorwaarden aangepast en/of hierover gecommuniceerd. Daarnaast zal De Nederlandsche Bank (DNB) namens het zogeheten Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (waarin ook de banken deelnemen begin dit jaar een voorlichtingscampagne starten om klanten te informeren over de gevolgen van de invoering van PSD2.

    Beantwoorden
  3. janvanderkleij@gmail.com'
    Jan van der Kleij zegt:

    Techreuzen in aantocht.

    Dank voor je reactie Thijs.
    De volgende ontwikkeling is dat de Europese Commissie ook techreuzen als Amazon, Google en Facebook toegang wil geven, nu die zich gaan begeven op het terrein van de financiële dienstverlening.
    Ik zet daar wel vraagtekens bij ten aanzien van transparantie, doorberekening van kosten en de toepasselijkheid van Amerikaans recht en daarmee de privacy.

    Google begint met de uitrol van Rich Communication Services (RCS), als opvolger van sms. Daarmee zijn klantcontactdiensten mogelijk die vergelijkbaar zijn met chatapps en -bots.Behalve tekstberichtjes kun je ook foto’s meezenden, aankopen doen en bankieren. Het wordt weliswaar gemakkelijker, de vraag is alleen onder welke voorwaarden en ook wie het allemaal nog snapt.
    Retailers weten nu pas wie je bent als ze je betaalkaart zien. Straks herkennen ze je al als je met één voet over de drempel stapt. Dat kan zo z’n voordelen hebben maar daarvoor moet je wel weer een stukje privacy opgeven.
    Kennelijk is het geen probleem als dit soort organisaties dat vragen maar een enorm probleem als de overheid dat wil en die wil maar een klein stukje. Consumenten zijn dus wel alert op de banken en op de overheid maar niet op techbedrijven.
    Ik denk niettemin dat veel klanten probleemloos toestemming zullen geven. Al die voorwaarden lezen doet toch bijna niemand en als het een nieuwe telecomstandaard wordt voor berichtendiensten, dan zit het op iedere telefoon. Het wordt dan overigens wel een betaalde dienst.

    Beantwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.